Vastgoedondernemers terughoudend met verduurzamen van panden
Een groot deel van de Nederlandse vastgoedondernemers toont terughoudendheid in het verduurzamen van hun panden, blijkt uit een recente analyse van Vastgoedjournaal. Ondanks de toenemende wet- en regelgeving en maatschappelijke druk om te verduurzamen, lopen vooral kleinere vastgoedeigenaren achter. Belangrijke redenen zijn een gebrek aan kennis, beperkte financiële middelen en onzekerheid over de terugverdientijd van investeringen.
Obstakels in verduurzaming
Veel vastgoedondernemers ervaren dat verduurzaming complex en kostbaar lijkt. Voor kleine en middelgrote partijen ontbreekt het vaak aan de middelen en expertise om een verduurzamingsplan op te stellen. Ook ontbreekt
soms het inzicht in beschikbare financieringsmogelijkheden en subsidies. Dit leidt ertoe dat noodzakelijke verbeteringen, zoals betere isolatie en de installatie van zonnepanelen, niet worden doorgevoerd, ondanks hun lange termijnvoordelen.
Druk vanuit regelgeving
De overheid scherpt de eisen aan voor energiebesparing. Vanaf 2023 moeten kantoorpanden minimaal over energielabel C beschikken, en in 2030 wordt label A de norm.
Voor eigenaren die niet voldoen aan deze eisen, kunnen sancties volgen, zoals het verbod om panden te verhuren.
Toch blijven veel eigenaren afwachtend, deels vanwege de angst dat investeringen hun rendement negatief beïnvloeden, anderzijds door een gebrek aan financiele middelen door de gevolgen van de Corona-pandemie.
Potentiële voordelen blijven onbenut
Verduurzaming biedt echter aanzienlijke voordelen, zowel voor het milieu als financieel. Energiebesparende maatregelen leiden tot lagere operationele kosten en verhogen de waarde van vastgoed.
Duurzame panden zijn bovendien aantrekkelijker voor huurders en investeerders, die steeds vaker kiezen voor milieuvriendelijke opties.
Experts benadrukken dat verduurzaming een strategische keuze zou moeten zijn. Het draagt niet alleen bij aan klimaatdoelstellingen, maar kan ook de concurrentiepositie van vastgoedondernemers versterken.
De huidige situatie toont echter een grote discrepantie tussen de lange termijn voordelen en de korte termijn weerstanden binnen de sector.
Hoe de impasse doorbreken?
Om deze uitdagingen te overwinnen, zijn extra inspanningen nodig van zowel de overheid als de markt. Subsidies en aantrekkelijke financieringsmogelijkheden kunnen eigenaren over de streep trekken. Daarnaast is meer voorlichting essentieel om ondernemers bewust te maken van de kansen die verduurzaming biedt. Samenwerking tussen vastgoedprofessionals en kennisinstellingen kan ook helpen om technische en financiële barrières te slechten.
Gebruik natuurlijke vervangmomenten
Elk natuurlijk vervang- of onderhoudsmoment biedt een uitgelezen kans om te verduurzamen. Door verouderde installaties, materialen of producten te vervangen door energiezuinigere en milieuvriendelijkere alternatieven, verlagen we niet alleen onze ecologische voetafdruk, maar besparen we vaak ook op lange termijn energie- en onderhoudskosten. Denk aan het isoleren van een woning bij dakrenovatie of het installeren van een warmtepomp bij vervanging van een cv-ketel. Door duurzaamheid standaard mee te nemen in onderhoudsplannen ontstaat er representatief inzicht en zijn de ‘meerkosten’ ten opzichte van een conventionele vervanging relatief klein.
Conclusie
De terughoudendheid van vastgoedondernemers bij het verduurzamen van hun panden onderstreept de noodzaak van actie. Hoewel de voordelen duidelijk zijn, blijft het gebrek aan kennis en middelen een hardnekkig obstakel. Met de juiste ondersteuning en een sterkere nadruk op de lange termijn voordelen kan de sector echter een belangrijke bijdrage leveren aan de energietransitie.
Meer informatie over dit onderwerp is te vinden op: Vastgoedsector moet aan de slag met verduurzaming